In zijn boek ‘Der Process’, geschreven in 1914-1915, schetst Franz Kafka het lot van Josef K. Josef K. wordt opgepakt, maar weet niet waarvoor. Overtuigd van zijn onschuld gaat hij de strijd aan tegen de bureaucratie.
Het is een actueel thema. De bureaucratie, die er blind van uitgaat dat zij goed handelt. Waarschijnlijk en hopelijk is zij zich niet bewust van het effect dat zij hiermee heeft op de maatschappij en haar individuen. Net als velen loop ook ik hier tegenaan. Ik illustreer dit graag aan de hand van de regeling ‘cofinanciering sectorplannen’ (hierna te noemen; ‘de regeling’).
Ik kan het me nog goed herinneren, zowel het ministerie als het agentschap verklaarden begin vorig jaar dat het absoluut niet zou gaan om een ‘ESF-achtige’ regeling. Sectoren moesten vooral zelf hun problemen omschrijven en met oplossingen komen. De minister zou slechts geld bijleggen om die oplossingen ook daadwerkelijk te realiseren. (Dat toepassing van de ESF-regeling toch wel een erg grote administratieve last met zich meebreng wordt hiermee impliciet toegegeven, maar dat ligt uiteraard aan Brussel.)
Niets blijkt minder waar. Sectoren worden de regeling ingezogen en gaan ermee aan de slag. Een groot aantal sectoren stelt een plan op. Het zijn zonder uitzondering omvangrijke documenten; een sectoranalyse inclusief bronvermeldingen, knelpunten en daaraan gekoppelde oplossingen, doelen en uiteindelijk de te nemen maatregelen. Een pluriform samengesteld actiecomité bij de Stichting van de Arbeid biedt ondersteuning en nodigt nog eens extra uit ‘out of the box’ te denken en met vernieuwende ideeën te komen.
Uiteindelijk dienen de sectoren hun plan in, waarna er moet worden overlegd met medewerkers van het ministerie SZW en haar agentschap. Het oorspronkelijke enthousiasme neemt al snel af. Er worden vragen gesteld als: Klopt uw analyse wel? Hoe komt u aan uw gegevens? Heeft u wel een probleem? Lost uw oplossing wel iets op? Waar gaat het eigenlijk over? Legt u wel netjes verantwoording af?
Het stellen van vragen en de eisen die aan verantwoording worden gesteld zijn de core business geworden van onze beambten. Ja, het betreft publiek geld en ja de overheid moet dat verantwoord uitgegeven. Daar is in mijn ogen ook niets mis mee. Maar vaak gaat het wel erg ver, waarmee de regeling in mijn ogen haar doel volledig voorbij dreigt te schieten.
Josef K. geeft uiteindelijk toe, hetgeen leidt tot zijn executie. Wij vinden het good thinking om vol te houden. Het proces mag in onze ogen niet leidend zijn. Wij blijven zoeken naar inhoud en uitvoerbaarheid en zullen het gesprek daarover blijven aangaan.